Van grondstof tot eindproduct

Bij Pavo staat kwaliteit hoog in het vaandel. Als eindgebruiker besef je amper, hoeveel controles en processen er plaatsvinden voordat een grondstof als voer bij jouw paard in de voerbak belandt. Rob Krabbenborg, productmanager bij Pavo, neemt ons mee door het hele proces.  

Krabbenborg trapt af met een interessant weetje: “In de brokken en muesli’s van Pavo verwerken we jaarlijks in totaal bijna 100 verschillende grondstoffen…..” 
Het begint natuurlijk allemaal bij het recept. “Voordat de grondstoffen überhaupt de fabriek binnen komen moeten ze al aan een aardig lijstje met eisen voldoen. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de juiste voedingswaardes, GMO-vrij, dopingvrij.” Alleen op papier voldoen aan de kwaliteitseisen is niet genoeg. Iedere vracht met grondstoffen die bij Pavo binnenkomt, wordt bemonsterd en beoordeeld. “We controleren de nutriënten, voedingswaarden, of er geen stof of fijn gruis aanwezig is, of er geen dieren of eitjes tussen de grondstoffen zitten en of de grondstoffen er goed uitzien. Helemaal voor een muesli is dit belangrijk, omdat je daar de grondstoffen vaak ook echt terugziet in het eindproduct wat we maken. Daarnaast controleren we ook of de stoffen dopingvrij zijn. We vragen bijvoorbeeld wat er eerder in de vrachtwagen of in een boot vervoerd is. Als dit een hoog risico grondstof is, zoals bijvoorbeeld cacao, dan accepteren wij de vracht niet. Een nieuw item waar we steeds kritische op zullen worden de komende tijd is de CO2-footprint van grondstoffen, want ook duurzaamheid van onze grondstoffen die we gebruiken om paardenvoer van te maken wordt een steeds belangrijker thema.” 
De productmanager laat weten dat drie personen fulltime met deze controles bezig zijn. “Doordat we hier zo strak op zijn houden we onze leveranciers ook scherp. Zij zorgen ervoor dat wij goede kwaliteit aangeleverd krijgen, omdat ze weten dat wij het anders niet accepteren.” 

Het toevoegen van een extra grondstof, die nog niet eerder binnen Pavo gebruikt werd, is vanwege alle controles vaak een langdurig proces. “De leverancier moet aan diverse voorwaarden voldoen, en ook de grondstof moet uitgebreid getest worden. We testen op kwaliteit van de grondstoffen zelf, maar ook op “health and safety”. De grondstof moet niet alleen veilig zijn voor paarden, maar ook voor de mens om mee te werken in de fabriek.” 

Verwerking tot product 
Als de grondstoffen eenmaal door de kwaliteitscontrole bij de poort zijn, dan worden ze verwerkt tot het juiste product. Iedere brok of muesli heeft weer een eigen recept en dus een andere samenstelling qua grondstoffen. “Onze machines die we gebruiken om brokken of muesli te maken ondergaan jaarlijks een uitgebreide controle of ze netjes doen wat ze moeten doen. Zo checken we of wegers goed werken, of de mengers de grondstoffen nauwkeurig en homogeen mengen en of er geen “versleping” plaats vindt op de productie lijnen. Het is standaard dat als we wisselen van recept we de eerste vijf zakken voer die we maken, niet verkopen. Hierdoor zorgen we ervoor dat de producten die we maken netjes voldoen aan de eisen die we eraan stellen”.  

De eindproducten ondergaan eveneens een grondige check. “We controleren of het eindproduct alles bevat wat erin moet zitten. Pas daarna gaat het voer de handel in. We hebben een uitgebreid controleprogramma voor alle producten die we maken, waarbij we de vitaminegehaltes checken, de gehaltes aan verschillende nutriënten zoals eiwit en energie, de verschillende mineralen en spoor-elementen en natuurlijk doping-producten die we niet in onze producten mogen zitten. En tot slot wordt bij elke batch gecontroleerd of het product eruitziet zoals het eruit zou moeten zien, want ook het visuele aspect van onze producten is zeer belangrijk.  

Houdbaarheid en klachten 
Als de zakken de fabriek verlaten op weg naar het warehouse, hebben ze een houdbaarheid van 7 maanden. “Bij het warehouse vindt eveneens een inspectie plaats op het zakgoed. In het warehouse managementsysteem wordt vastgelegd wanneer het voer is binnengekomen. Een zak voer mag niet langer dan een maand in ons warehouse liggen. Gaat die periode voorbij, dan kan de zak niet meer via het reguliere kanaal verkocht worden aan winkels die Pavo verkopen. Op het moment dat de zak ons warehouse verlaat, is hij dus nog minimaal 6 maanden houdbaar. Dat moet ook wel, want bij sommige retailers gaan de zakken eerst naar een centraal punt vanwaar ze verder worden verspreid naar achterliggende winkels. Daar gaat soms ook weer een paar weken overheen.” 

Iedere zak bevat een code, houdbaarheidsdatum en een batchnummer. Heel belangrijk op het moment dat er klachten binnen komen. “Iedere klacht die we binnenkrijgen behandelen we. We gaan zoeken waar het voer vandaan komt, wanneer het gemaakt is en welke grondstoffen er in de bewuste partij gebruikt zijn. Dat kunnen we allemaal keurig terugvinden aan de hand van de kode die op de zak staat. We kunnen dus bij elke klacht terugvinden wie de leverancier is geweest van de grondstoffen die we verwerkt hebben en ze erop aanspreken. We zijn hierin heel kritisch. Hoe goed we in ons proces ook de kwaliteit beoordelen en bewaken, er kan altijd iets misgaan wat niet is opgemerkt. Kijk maar eens naar je eigen hooi, daar vind je ook wel eens iets in wat er niet in hoort. Dat gebeurt ook wel eens als we lucerne verwerken. Als we een paar keer dezelfde klachten hebben en we zien geen verbetering, dan nemen we afscheid van zo’n leverancier.” 

Door deze hele keten aan controles en kwaliteitsbewaking, kan Pavo met trots zeggen de kwaliteit te waarborgen waar een A-merk voor staat.